Ode aan de uitvinders
Ode aan de uitvinders
Vraag je je wel eens af wie een kaars heeft ontdekt, een washandje, een toilet,
een kraan en een verwarming?
Wie heeft voor het eerst wol gesponnen en er kleding van gemaakt?
Door wie werd het eerste bord gebakken om van te eten en wie bedacht de eerste lepel en vork?
Welke genie ontwierp het eerste bed met matras of een stoel?
Weet je dat glas al 1500 jaar voor Christus werd gemaakt?
Je kunt je nu toch niet meer voorstellen dat er geen glazen ramen zouden bestaan.
En wie heeft cement ontwikkeld en bakstenen om huizen te bouwen?
Wie kan nu tegenwoordig nog zonder een wasmachine, stofzuiger, televisie, mobiel en computer?
Hoe zouden we leven zonder fiets, auto of vliegtuig?
Dan moeten we minstens 120 jaar terug in de tijd.
Een leven zonder elektriciteit, zoevende voertuigen, supermarkten, golfslagbaden,
flats en al het andere wat door miljoenen uitvinders werd bedacht.
Als ik zo eens om me heen kijk en bij elk object denk aan de uitvinder ervan,
inclusief het hele proces van ontwikkeling dat eraan vooraf ging,
kan ik alleen maar diep respect opbrengen voor de creativiteit van al deze mensen.
Als ik ’s morgens het warme water uit de kraan voel stromen of een verhaaltje typ op mijn laptop,
dan denk ik regelmatig:
“Ode aan de uitvinders! Wat hebben zij ons leven verrijkt en vergemakkelijkt”.